Individueel werken

Als u wilt weten of u goed individueel kunt werken, moeten we kijken naar een aantal punten. Ten eerste moet u  zelfreflectie hebben. U kunt goed kijken naar hoe u gewerkt heeft en beoordelen wat u goed en fout hebt gedaan. Hiermee kunt u steeds weer het beste uit u zelf halen en de volgende keer niet dezelfde fouten maken. U moet ook goed kunnen vragenstellen. U kunt zelf interessante vragen bedenken over  een onderwerp waarmee u aan het werk kunt gaan. Verder moet u ook kritisch zijn over de onderzoeksvragen. U wilt goede resultaten dus u vraagt u zelf af of goed ook goed is. Als u kritisch bent, dan is uw  resultaat ook op de kleinste punten verbeterd. U moet ook werken zonder eindpunt. Meestal wanneer u een vraag beantwoord hebt, komt er wel een andere onbeantwoorde vraag te voorschijn. Als laatst moet u ambitie en interesse uitstralen. U praat graag en discussieert over een bepaalde vraagstuk. De competentie 'Individueel werken' hoort bij de onderzoeker en de doener.