Voor de competentie productgerichtheid moet je als eerst kunnen communiceren met de klant. Als je een opdrachtgever spreekt dan luister je goed en stel je vragen zodat je goed weet wat hij/zij wil. Verder moet je je opdracht kunnen vertalen naar product. Je neemt de eisen van de opdrachtgever serieus en daar richt je je op. Je kijkt tussentijds steeds of wat je maakt nog klopt met de eisen. Ook moet je je ontwerp kunnen verdedigen. Je kunt je ontwerp goed toelichten en uitleggen waarom je het juist zo gemaakt hebt en niet anders. Verder moet je om kunnen gaan met druk. Je houdt je hoofd koel als het spannend wordt of als je nog maar weinig tijd hebt. Als laatst moet je keuzes kunnen maken. Je denkt goed na over de mogelijkheden die er zijn. Je twijfelt heus wel, maar je maakt op tijd de juiste keuzes. De competentie 'Productgerichtheid' hoort bij de ontwerper en denker.